Jarenlang zwierven Nel en Frits Mahn tijdens de vakanties met hun boot over de Nederlandse wateren. Toen Nel in 2007 plotseling en onverwacht overleed, besloot Frits hun boot te verkopen en een andere manier van reizen te ondernemen.
Anders, omdat hij die reizen nu alleen moest maken.
Anders ook, omdat hij besloot de watersportvakanties te verruilen voor ‘landrot-activiteiten’.
In april 2008 huurde hij voor een maand een camper en zwierf daarmee door Schotland. Onderweg schreef hij een weblog, waarin hij zijn belevenissen voor het thuisfront bijhield. Die verzamelde verhalen uit dit blog zijn nu bijeen gebracht in dit boekje.
Verwacht van dit nieuwste boek van Frits geen gedetailleerd reisverslag, want dat is het niet. Tevergeefs zult u ook zoeken naar uitgebreide plaats- en routebeschrijvingen.
Wel bevat dit boek verhalen en notities van de dingen die Frits onderweg in Schotland meemaakte: belevenissen, ontmoetingen met mensen, kleine en grote voorvalletjes, overwegingen en gedachten. Geschreven zoals Frits zijn verhalen vertelt: levendig, vaak met humor en soms een traantje…
geïllustreerd, 124 pagina’s
tekst en foto’s Frits Mahn
© 2008
NIET MEER LEVERBAAR
BOEKFRAGMENT
Haar #1
Bij het ontbijtbuffet op de veerboot terug naar Nederland passeer ik met m’n goed gevulde bordje*) het tafeltje van een mij tot op dat moment totaal onbekend ouder echtpaar. De vrouw pakt in het voorbijgaan mijn arm, houdt me staande en vraagt in onvervalst Amsterdams: ‘Luister eens, jongen, jij bent een Hollander, hè?’. Als ik haar vraag bevestig, gaat ze door: ‘Dat dacht ik al aan het liedje te horen, dat je loopt te fluiten. Weet je, wat zou ik graag effe door je mooie krullen willen graaien!’. Ach, en dan ben ik ook de beroerdste niet. Ik buig me naar haar voorover en ze woelt met twee handen door m’n haar. ‘Mooie kop met haar heb je’, zegt ze, ‘en weet je, schat, ik ben kapster en het is jammer dat ik m’n schaar niet bij me heb, want ik zou zo graag effe die dooie punten van je willen bijknippen!’ Ik krijg geen tijd om te reageren, want ze gaat meteen door: ‘Je bent alleen hier op de boot, hè? (haar man schuift al een stoel bij) Nou, weet je, kom dan lekker bij ons je bordje leeg eten, want alleen is maar alleen, vind je niet, en je lijkt me wel een gezellige kerel…’.
*) roerei, bacon, gebakken aardappelen, worstjes, gebakken tomaat en witte bonen in tomatensaus
HAAR #2
Als ik de ferry afrijd, moet ik stoppen bij de douanecontrole.
Er staat een vriendelijke vrouw naast mijn raampje, die -nauwelijks verstaanbaar- om m’n paspoort vraagt. Ze blijft vriendelijk, herhaalt haar vraag, maar ze praat zo zachtjes, dat ik blij ben dat ze met haar handen een gebaar maakt van een boekje open doen. Ik knik dat ik het begrijp en pak uit mijn tas m’n paspoort, ondertussen medelijden krijgend met die vrouw. ‘Heeft waarschijnlijk iets aan haar keel of stembanden’, denk ik, ‘ook zielig als je dan moet werken!’ Als ik haar m’n paspoort wil geven, kom ik er achter, dat mijn raampje nog dicht is… Vandaar! Ik put me uit in verontschuldigingen.
Ze bladert in mijn paspoort, kijkt van mij nog eens naar mijn pas, vergelijkt de foto van een paar jaar geleden en vraagt dan of ik haar even recht in het gezicht wil kijken. Blijkbaar is ze nu tevreden, want ik krijg mijn pas terug, maar niet zonder een waarschuwing-met-een-glimlach: ‘Als u nog eens van vakantie terug komt, ga dan eerst in Engeland even naar de kapper, want een volgende keer komt u zo Nederland niet meer binnen! Goeie reis…’